01 januari - 31 december
ma -
di 14.00 - 16.00
woe -
do -
vr -
za 10.00 - 17.00
zo 12.00 - 17.00
De abdij werd in 1125 gesticht door de Benedictijnen van Affligem. Het was 7 eeuwen lang het decor van hun dagelijks leven. Tijdens het Franse bewind werd het klooster opgeheven. Behalve de abdijhoeve, bleven ook de kerk en het abtsgebouw, beide in classicistische stijl, bewaard.
De Onze-Lieve-Vrouwkerk van Vlierbeek is een absoluut meesterwerk van Laurent-Benoît Dewez (°1731-†1812), architect in dienst van de gouverneur van de Oostenrijkse Nederlanden van die tijd, Karel van Lotharingen. Ze wordt terecht geroemd als één van de mooiste classicistische bouwwerken uit de achttiende eeuw.
Om het uitwendige van deze kerk naar juiste waarde te beoordelen, dient men er rekening mee te houden dat het gebouw nu enigszins geïsoleerd staat, terwijl de plannen erin voorzagen dat de kerk geïntegreerd werd in een groot geheel van abdijgebouwen.
De kerk is opgetrokken in witte kalksteen. In de noordgevel van de kerk is wel de aanzet in bakstenen te zien van het niet voltooide klooster. Het interieur is een combinatie van drie heldere vormen: kruis, vierkant en cirkel. Rond de cirkel bevinden zich vierkante kapellen en vrijstaande zuilen.
Van uit de basementen van de zuilen vertrekken stroken zwart-witte marmer naar de ster in het midden van de vloer. Bloemenslingers in het midden van de koepel leiden naar de korinthische kapitelen van de zuilen tussen de halfronde vensters die de koepel van onderuit verlichten.
Op het kerkhof bevinden zich grafmonumenten van beroemde personen.
Bron : www.abdijvanvlierbeek.be
KIKIRPA: fototheek online
Van uit de basementen van de zuilen vertrekken stroken zwart-witte marmer naar de ster in het midden van de vloer.
De koepel rust op een zware kroonlijst gedragen door acht corinthische zuilen die losstaan van de wand.
In 2004 is op een hardstenen podium een koperen altaar geplaatst van de Franse beeldhouwer Jacques Dieudonné, later is het geheel vervolledigd met lezenaar, kandelaars en kruis.
De preekstoel in Lodewijk XVIe-stijl uit 1779. Twee putti gezeten op voluut-vormige sokkels, werden in 1968 ontvreemd. De preekstoel werd in 2001 gerestaureerd.
In drie afzonderlijke nissen in de koorapsis prijken de drie goddelijke deugden, voorgesteld in de gedaante van vrouwen.
Het Geloof (Fides) en de Hoop (Spes). Het derde, Liefde (Caritas), bevindt zich in de hoofdas van de kerk op de belangrijkste plaats.
In het koor staan de meer dan levensgrote beelden van Petrus en Paulus. Ze zijn van de hand van de Brugse artiest Jozef Fernande (1741-1799).
In de toren zijn drie klokken gehangen, die in 1772 gegoten werden in het Leuvense klokkengietersbedrijf Vanden Gheyn. Hiervan hangt er nu nog één in de klokkentoren. De twee andere zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers opgeëist.
En 1940, la cloche restante (300 kg) avait déjà été refondue par la société Sergeys. Après l'incendie de 1953, elle a été refondue à nouveau en 1959 et Sergeys a fourni deux nouvelles cloches, qui ont reçu les noms de Norbertus (587 kg) et Margaretha (420 kg) lors de la consécration.
Bron : Abdij van Vlierbeek