Kathedraal | XIII-XV | Gotiek | Katholieke Kerk
E. Stroobants, geboren te Luik op 9 september 1909, was alleen geïnteresseerd in tekenen en muziek. Rond 1923 trad hij als leerling in dienst bij Gustave Paredis (1897-1963), waar hij leerde houtsnijden. Tegelijkertijd, van 1923 tot 1929, volgde hij avondlessen aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten. In 1934 werd hij door Marcel Defize (1906-1978) opgenomen in zijn kunstenaarsgroep L'Atelier de la cour des Minimes. E. Stroobants was de enige beeldhouwer in de groep. Na de oorlog nam hij deel aan de tentoonstellingen van de A.P.I.A.W. (Vereniging voor de Intellectuele en Artistieke Vooruitgang van Wallonië). Van 1960 tot 1966 was hij directeur van de afdeling Luik en vervolgens gewestelijk directeur van de Belgische Nationale Discotheek.
Als we aan hem denken, dan is het om de drie bas-reliëfs van de Bogenbrug in Luik op te roepen die in 1948 werden uitgevoerd, maar waarover hij niet helemaal tevreden was. E. Stroobants wordt beschouwd als een portrettist, een bustier, een koppensneller, wat vroeger "beeldsnijder" werd genoemd. De bustes en hoofden van Luikse vrienden, kennissen en persoonlijkheden zijn, net als hij, weinig of helemaal niet bekend.
Zijn gevoel voor observatie, zijn overdreven gevoeligheid, zijn zorg voor het detail en de weergave zijn enkele van zijn handelsmerken. E. Stroobants gebruikt het menselijk gelaat door gebruik te maken van "verisme" om zijn diepe en gevoelige emoties over te brengen. Hij stelt: "Het doel van de beeldhouwer is de grootheid van de mens tot uitdrukking te brengen, met het minimum het maximale te zeggen.
De tentoonstelling, georganiseerd door de Schatkamer van de Kathedraal van Luik en de vzw Art Research Institute, presenteert een zestigtal beeldhouwwerken die de artistieke loopbaan van de kunstenaar schetsen. Archiefstukken, voorbereidende tekeningen en afgietsels zijn voor het eerst te zien. Dit is de eerste retrospectieve tentoonstelling van het werk van de kunstenaar tijdens zijn leven. Het wordt gezamenlijk gecureerd door Julien Maquet en Jacques Toussaint.